College van B en W

De fractie van Hart voor Hilversum heeft artikel 41 RvO vragen gesteld over de problematiek met betrekking tot de bluswatervoorziening in Hilversum.
Met deze collegebrief wordt beantwoording gegeven op de gestelde vragen.
De beantwoording is in samenspraak gedaan met de Regionale brandweer.

De vragen ex artikel 41 van de van de fractie Hart van Hilversum m.b.t. bluswatercapaciteit te beantwoorden middels bijgaande collegebrief.

Op 9 juli 2021 hebben de fracties van de PvdA en DH artikel 41 vragen gesteld over Silverpoint.

De op 5 juli 2021 door de fracties van de PvdA en DH gestelde vragen artikel 41 RvO over Silverpoint  te beantwoorden met bijgaande collegebrief.

De gemeente Hilversum maakt gebruik van cameratoezicht op de installaties in de binnenstad. Het gaat hier om cameratoezicht op de dynamische toegangspalen van de binnenstad, de fontein op het Marktplein en de speedgates in de Oude Spoorbaan. Het cameratoezicht dient twee doelen: overzicht bij bediening op afstand en het kunnen tonen van camerabeelden ten behoeve van eventuele schadeafhandelingen. Om te voldoen aan de wettelijke eisen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is Het Reglement Cameratoezicht Installaties Binnenstad Hilversum 2021 opgesteld. Met dit voorstel wordt het college van B&W gevraagd het Reglement Cameratoezicht Installaties Binnenstad Hilversum 2021 vast te stellen en de gemeenteraad te informeren met de bijgevoegde raadsinformatiebrief

1. Het Reglement Cameratoezicht Installaties Binnenstad Hilversum 2021 vast te stellen, en in werking te laten treden op de eerste dag na bekendmaking.
2. De gemeenteraad te informeren met de bijgevoegde raadsinformatiebrief

Op 25 augustus is in de raadscommissie gesproken over het raadsvoorstel "Evaluatie Leidraad Betrek de Omgeving."  In de commissievergadering is door portefeuillehouder Voorink toegezegd per brief een nadere toelichting te geven over de (on)mogelijkheden om kwaliteitseisen te stellen aan de participatie georganiseerd door een initiatiefnemer en daarbij specifiek in te gaan op de vraag of het vaststellen van een participatieverordening op dit punt meer mogelijkheden biedt dan het werken met een leidraad.

Met bijgevoegde collegebrief wordt de toezegging afgedaan.

Toezegging T21-087, om de raad nader te informeren over de (on)mogelijkheid om kwaliteitseisen ten aanzien van participatie door de initiatiefnemer aan de voorkant te kunnen stellen, uit te voeren middels het aanbieden van bijgaande collegebrief aan de raad.

In haar rapport van januari 2021 “ Betrokkenheid van inwoners bij de Hilversumse energie- en warmtetransitie” heeft de Rekenkamer de aanbeveling gedaan voor het opstellen van een helder afwegingskader voor energie-initiatieven en participatie in de energietransitie (aanbevelingen 1, 4 en 6). Het college heeft deze aanbevelingen overgenomen. Met voorliggend afwegingskader wordt hieraan nader invulling gegeven. In de Transitievisie Warmte (TVW) wordt er voor gekozen om aansluiting te vinden en te houden bij warmte/energie-initiatieven van inwoners en of stakeholders in Hilversum. Op dit moment ontbreekt daarvoor een afwegingskader op basis waarvan de gemeente een dergelijk initiatief kan beoordelen en kan bepalen op welke wijze de gemeente hierin wenst te ondersteunen, met welke rolneming en met inzet van welk instrumentarium. Voorliggend afwegingskader voorziet hier in en zal als bijlage 4 aan de TVW worden toegevoegd.

1. Het Afwegingskader Energie-initiatieven vast te stellen;
2. Het Afwegingskader Energie-initiatieven als bijlage 4 bij de Transitievisie Warmte Hilversum 2021 aan te bieden aan de raad.

De Transitievisie Warmte is een rijksopdracht aan gemeenten in het kader van het Klimaatakkoord en moet uiterlijk 31 december 2021 zijn vastgesteld.

Op 27 januari 2021 heeft de gemeenteraad het Startdocument voor de Uitgangspunten en Verdere Uitwerking van de Transitievisie Warmte vastgesteld. Dit document is de afgelopen maanden verder aangevuld en aangescherpt op basis van een tweede participatieronde en een verdiepende data-analyse naar de Hilversumse situatie. Met deze verdiepingsslag zijn de uitgangspunten getoetst op draagvlak en volledigheid. Dit heeft geresulteerd in de voorliggende Transitievisie Warmte. Hilversum kiest voor haar warmtetransitie een individuele benadering. Daarmee maken we niet een Transitievisie Warmte met een tijdlijn, aangewezen buurten en warmte-alternatieven, zoals bedoeld in het Klimaatakkoord. Er zijn volgens de data-analyse voor de komende jaren nog geen eenduidige (collectieve) warmte-alternatieven in beeld voor de verschillende Hilversumse buurten. Het is niet voor alle alternatieve warmtebronnen bekend of en in welke mate ze beschikbaar zijn. Door het ontbreken van data kunnen geen goede kostenvergelijkingen gemaakt worden tussen de warmte-alternatieven. Derhalve spreekt de gemeente in deze Transitievisie Warmte geen voorkeur uit ten aanzien van buurten en warmte-alternatieven. We doen dat alleen als een warmte-alternatief bij voortschrijdend inzicht in een bepaalde buurt overduidelijk is of wanneer dit wordt opgepakt door een initiatief uit de samenleving.  De kanteling van gebiedsgericht vanuit de overheid naar ondersteuning op individueel niveau lijkt, op basis van het participatietraject, te worden bevestigd door de geluiden vanuit de samenleving. Onafhankelijke informatie en individuele ondersteuning is waarschijnlijk de meest benoemde voorwaarde en behoefte die bewoners hebben. Daarom kiezen we voor die koers. Een buurtuitvoeringsplan sluit niet aan op een individuele benadering. Het feit dat er in Hilversum veel vooroorlogse bouw is, met een relatief groot aandeel monumenten, en er weinig uitbreidingslocaties zijn, vraagt om maatwerk. We zetten in op energie besparen en isoleren. We doen alles wat binnen onze invloedssfeer ligt om de woning- en gebouweigenaren in staat te stellen om individueel tot een eigen keuze voor een oplossing te komen. Dit doen wij aan de hand van zeven uitvoeringslijnen. Tegelijkertijd doen we ervaring en lessen op in de Proeftuin Hilversumse Meent, die we meenemen in de uitvoering van de warmtetransitie in de rest van Hilversum.

Met dit voorstel wordt de gemeenteraad gevraagd de Transitievisie Warmte vast te stellen.

I. De raad voor te stellen om de Transitievisie Warmte Hilversum 2021 vast te stellen.
II. Het voorstel ter advisering aan de raad aan te melden voor behandeling in de raadscommissie.

De MRA heeft op basis van het voorstel van de transitiecommissie, de inbreng van raden en Staten concept-samenwerkingsafspraken opgesteld. De Hilversumse raad heeft haar inbreng daarvoor op 12 mei jl vastgesteld.
De concept-samenwerkingsafspraken liggen nu ter consultatie voor aan de raden en Staten, zo ook aan de Hilversumse raad. Op basis van de inbreng van alle raden en staten worden de definitieve samenwerkingsafspraken opgesteld. Deze worden in het najaar ter besluitvorming voorgelegd aan de deelnemende raden en Staten.
De concept-samenwerkingsafspraken zijn naast de inbreng gelegd van zowel Hilversum als de Regio op het voorstel van de transitiecommissie in mei '21. Het college constateert dat die inbreng over het algemeen goed is verwerkt en dat er nog een aantal aandachtspunten is. Die zijn verwerkt in een zienswijze aan de MRA op de concept-samenwerkingsafspraken. Deze zienswijze ligt nu ter besluitvorming voor aan de raad.

I. De raad voor te stellen bijgaande zienswijze op de MRA concept-samenwerkingsafspraken vast te stellen en kenbaar te maken bij de MRA.
II. Het voorstel aan te melden bij de raadscommissie ter advisering aan de raad.

In de commissiebehandeling van 25 augustus 2021 heeft wethouder Scheepers toegezegd de bijlage Uitwerkingsnota Grondprijzen behorende bij het raadsvoorstel Uitwerkingsnota Grondprijzen aan te passen op twee technische onderdelen (T21-88).

1. De Uitwerkingsnota Grondprijzen opnieuw vast te stellen met inbegrip van twee technische wijzigingen;
2. De opnieuw vastgestelde Uitwerkingsnota Grondprijzen te doen toekomen aan de raad ten behoeve van de raadsvergadering d.d. 15 september 2021.

Sportverenigingen hebben over het algemeen te weinig financiële middelen om investeringen in sportaccommodaties te kunnen doen. Om toch te kunnen investeren zullen er leningen aangetrokken moeten worden bij banken ter financiering van deze investeringen.
Deze financiering kost geld in de vorm van rente en moet ook weer worden afgelost.
Door de oprichting van de Stichting Sportinvesteringsfonds Hilversum wordt het sportverenigingen mogelijk gemaakt om tegen een lager rentetarief dan de reguliere markt te lenen.
De stichting Sportinvesteringsfonds Hilversum (SIF) komt zelf aan zijn middelen door bijdragen van de participanten (sportverenigingen), de gemeente Hilversum en door zelf leningen aan te trekken waarvoor de gemeente Hilversum borg zal staan.
De middelen die het Sport Investeringsfonds verwerft worden vervolgens als lening verstrekt aan sportverenigingen in Hilversum die gaan investeren in hun sportaccommodatie.

1. Kennis te nemen van het model van de akte van borgtocht (E2a01122010) van BNG Bank; en
2. Om onder de in deze akte van borgtocht vermelde voorwaarden onherroepelijk en onvoorwaardelijk borg te staan jegens BNG Bank voor de richtige nakoming van alle verplichtingen van Stichting Sportinvesteringsfonds Hilversum uit hoofde van de [daarin genoemde] lening, overeenkomstig de model akte van borgtocht met referentie E2a01122010, een en ander tot een maximum bedrag van EUR 1.100.000,-- (te vermeerderen met de pro rata parte aan dit bedrag toe te rekenen boeten, kosten en wettelijke en overeengekomen renten).

De besluitvorming hierboven is conform de vereisten die de BNG Bank daar specifiek voor heeft gesteld.
Indien buiten deze passages andere voorwaarden worden opgenomen zal de BNG Bank het besluit niet accepteren.

Amaris, HilverZorg, Inovum, de Oude Pastorie en Vivium hebben zich per 2021 niet (of beperkt) ingeschreven voor het perceel Wmo dagbesteding. Hierdoor moeten in 2021 94 cliënten worden overgeplaatst naar andere aanbieders van dagbesteding. Van deze 94 cliënten kunnen ongeveer 73 cliënten niet zelfstandig / niet met eigen vervoer naar de (nieuwe) dagbestedingslocatie. De King Arthur Groep is bereid en in staat de dagbesteding voor alle 94 cliënten vorm te geven. Alleen het vervoer is voor de King Arthur Groep een vraagstuk. De King Arthur Groep kan het vervoer niet kostendekkend uitvoeren en heeft gemeenten gevraagd hier een alternatief op te organiseren. Daarom stellen wij voor Vervoer Gooi en Vechtstreek bij wijze van pilot het dagbestedingsvervoer voor deze cliënten uit te laten voeren. Op basis van deze pilot kunnen gemeenten in brede zin bezien hoe zij het dagbestedingsvervoer voor de langere termijn vormgeven.

1. Regio Gooi en Vechtstreek de opdracht te verlenen om per 1 april 2021 gefaseerd het vervoer van en naar dagbestedingsplekken voor 73 cliënten te verzorgen in de vorm van een pilot.
2. Hiervoor de Regio de opdracht verlenen om voor deze pilot een dienstverleningsovereenkomst ‘Pilot vervoer van en naar plekken dagbesteding’ op te stellen voor de periode van 1 april 2021 tot 1 januari 2023 met de mogelijkheid van één jaar verlengen.
3. De pilot na een jaar te evalueren en op basis hiervan bezien of de dienstverleningsovereenkomst hierop aangepast moet worden en om de uitkomsten hiervan te betrekken bij de toekomstige inrichting van het vervoer van en naar dagbesteding in Gooi en Vechtstreek

Eerste opvangonderwijs is voor leerplichtige kinderen van statushouders en migranten. Dit onderwijs is gericht op het leren van de Nederlandse taal, sociale integratie, burgerschap, kennismaking met de Nederlandse samenleving en voorbereiding op de overgang naar het reguliere onderwijs.

In 2016 is in de regio Gooi en Vechtstreek het convenant eerste opvangonderwijs opgesteld waarin onderwijs en gemeenten overeen zijn gekomen op welke wijze het eerste opvangonderwijs wordt georganiseerd en bekostigd. Dit convenant zou eindigen op de laatste schooldag van schooljaar 2018-2019. Medio 2019 is besloten om dit convenant te verlengen met twee schooljaren, tot de laatste schooldag van schooljaar 2020-2021. Daarna zou er opnieuw geëvalueerd worden en zou er een nieuw convenant opgesteld worden.

De betrokken schoolbesturen hebben aangegeven graag het convenant te verlengen voor de duur van één schooljaar (2021-2022). Door de Corona crisis is het niet gelukt om het huidige convenant ruim voor het einde van het schooljaar te evalueren en een nieuw convenant op te stellen.

Vanwege de kwetsbare doelgroep, het belang van kwalitatief goed eerste opvangonderwijs en de tijdsdruk door het naderen van de zomervakantie wordt voorgesteld om het huidige convenant te verlengen met een jaar. Tegelijkertijd gaan de schoolbesturen en gemeenten aan de slag met een evaluatie en op basis daarvan stellen zij een nieuw convenant op. Dit nieuwe convenant zal in januari 2022 getekend worden door de huidige wethouders en zal in gaan per schooljaar 2022-2023.

1. Het Convenant Eerste Opvangonderwijs technisch te wijzigen waarmee een schoolbestuur aan de partijen wordt toegevoegd;
2. Tot het aangaan van de verlenging van het (technische gewijzigd) Convenant Eerste Opvangonderwijs voor de periode van een jaar, te weten het schooljaar 2021-2022, met als einddatum de laatste schooldag van dat schooljaar;
3. Als voorwaarde voor de besluiten onder 1 en 2 te verbinden dat alle bij het convenant betrokken partijen dezelfde besluiten nemen;
4. De besluiten in werking te laten treden op de datum van ondertekening door de laatste partij;
5. De wethouder onderwijs te machtigen om het addendum bij het convenant waarmee deze verlenging en technische wijziging worden vastgelegd te ondertekenen en de besluiten te formaliseren.

Ter plaatse van de oude aansluiting op de A27 zijn gronden beschikbaar gekomen. Het plan Huydecopersweg is opgesteld om op de beschikbare gronden natuurcompensatie, natuurontwikkeling, waterbergings- en infiltratiegebied en een fietsverbinding te realiseren. Deze gewenste ontwikkelingen komen alle samen in het Natuur- en landschapsplan Huydecopersweg. In de participatiebijeenkomst (13 juni 2019) met omwonenden en stakeholders is het ontwerp uitgewerkt in het plan 'Tussen de lanen'. Het voorliggende Chw bestemmingsplan Huydecopersweg 'Tussen de lanen' maakt de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van het plangebied mogelijk.

Voorgesteld wordt de  bestemmingsplanprocedure Chw ontwerpbestemmingsplan Huydecopersweg 'Tussen de lanen' te starten.

1. Het Chw ontwerpbestemmingsplan Huydecopersweg 'Tussen de lanen' ter inzage te leggen voor de duur van 6 weken.
2. De gemeenteraad te informeren door middel van bijgevoegde raadsinformatiebrief.

De Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek (“OFGV”) voert voor ons (en andere partners, in totaal 15 deelnemers) als verbonden partij verschillende milieutaken uit. De OFGV heeft een aantal financiële stukken toegestuurd. Het betreft de jaarstukken 2020, inclusief de resultaatbestemming, en de 1e begrotingswijziging 2022. De gemeenteraad wordt in de gelegenheid gesteld een zienswijze kenbaar te maken op de resultaatbestemming 2020 en op de 1e begrotingswijziging 2022. De jaarstukken 2020 worden voor het overige ter kennisname aangeboden.

De raadscommissievraag over de OFGV jaarstukken 2020, incl. resultaatbestemming, en 1e begrotingswijziging 2022 te beantwoorden via bijgaande collegebrief.

Het taalonderwijs voor kinderen die als nieuwkomer zijn aangemerkt is geregeld in de vorm van Centrale opvang Basisonderwijs (COBO). Nieuwkomersleerlingen gaan eerst een jaar naar het COBO-onderwijs zodat ze de Nederlandse taal voldoende leren beheersen. Vervolgens, als het taalniveau voldoende is, gaan ze naar de school waar hun ouders ze in eerste instantie hebben ingeschreven (de stamschool).

Een school krijgt van de Rijksoverheid (via LOWAN) financiering per kind dat taalonderwijs nodig heeft. Basisscholen in de Regio Gooi en Vechtstreek hebben aangegeven dat deze financiering van de Rijksoverheid niet voldoende is om de betreffende kinderen voldoende ondersteuning te bieden. Scholen in het voorgezet onderwijs hebben aangegeven wel voldoende financiering te ontvangen voor nieuwkomersleerlingen.

In het basisonderwijs is sprake van begeleidings- en ondersteuningsbehoefte bij nieuwkomersleerlingen.
Daarom is in het regionale convenant EOO (2016) opgenomen dat  basisscholen die taalonderwijs bieden aan nieuwkomersleerlingen, per kind per jaar € 1.900,00 financiële ondersteuning krijgen van de gemeenten. De scholen hebben deze middelen ingezet om een extra onderwijsassistent in te zetten en kleinere klassen te organiseren. Daarnaast bieden de scholen ook begeleiding gericht op de behoefte van een kind, hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan het leren begrijpen van de Nederlandse cultuur, het leren hoe je aan het Nederlandse onderwijs deelneemt en het leren fietsen.

1. Een subsidie van € 180.500,- aan STIP te verlenen voor het bieden van eerste opvangonderwijs in het jaar 2022, onder voorbehoud van de gemeentelijke begroting 2022;
2. De kosten hiervan voor Hilversum a € 180.500,- te dekken uit het onderwijsachterstandenbudget.

Op 6 mei 2020 heeft de gemeenteraad besloten tot het afsluiten van de spoorwegovergang Kleine Spoorbomen (verder KSB) voor gemotoriseerd verkeer. De Raad heeft hierbij verzocht in te zetten op het verbeteren van de verkeersveiligheid en (verkeers) leefbaarheid in de wijken aan de oostzijde van de spoorwegovergang.
Voor het uitwerken van voornoemd besluit en actief uitvoering te geven aan het begrip participatie, is een werkgroep ingesteld. Deze bestond uit bewoners, diverse ambtenaren (met als specialisatie verkeer en ontwerp) en een externe verkeerskundige.

Het advies van de werkgroep dateert van 28 juli 2021.
Kort samengevat bestaat het advies uit 3 onderdelen:
1. Maatregelen in de wijk als het gaat om het herinrichten van wegen en kruispunten (waaronder het hele studiegebied uit het advies aanwijzen en inrichten als 30 km-zone);
2. Wijzigen van de verkeerscirculatie. Dit om het interne verkeer tussen de afzonderlijke buurten in Hilversum Oost te minimaliseren;
3. Diverse aanbevelingen. Deze onder andere betrekking op het tegengaan van geluidsoverlast van de veiligheidsinstallatie en de rijdende treinen, reguleren snelheid van het wegverkeer en het verbeteren van de verkeersveiligheid rondom de scholen in de wijk.

Het voorstel aan de raad is het advies van de werkgroep te vertalen naar concrete uitvoeringsacties en voor de uitvoering hiervan een krediet van €2,5 miljoen beschikbaar te stellen ten laste van het krediet Kleine Spoorbomen en gerelateerde mobiliteitsmaatregelen uit het investeringsprogramma 2021-2024.

I. Geheimhouding op te leggen op de bij dit voorstel “Afsluiten Kleine Spoorbomen(1042608)” behorende bijlagen met de nummers 4a, 4b, 4c, 4d, 4e en 4f, zulks op grond van artikel 55 lid 1, 25 lid 2 en 86 lid 2 Gemeentewet in verband met artikel 10 lid 2 onder b en g Wet Openbaarheid van Bestuur en deze bijlagen onder geheimhouding ter inzage aan te bieden aan de raad.
II. De raad voor te stellen om:
1. Een krediet beschikbaar te stellen en vrij te geven van € 2,5 miljoen ten laste van het krediet Kleine Spoorbomen en gerelateerde mobiliteitsmaatregelen uit het investeringsprogramma 2021-2024, dit voor het uitwerken en realiseren van de voorgestelde inrichtingsschetsen volgens het ‘Advies van de Werkgroep Kleine Spoorbomen, Maatregelen in de wijk’, (pag. 12 t/m 18 van het advies);
2. De door het college opgelegde geheimhouding op de bij dit voorstel behorende bijlagen met als nummers 4a, 4b, 4c, 4d, 4e en 4f,, conform artikel 25 lid 3 van de gemeentewet te bekrachtigen.
III. Indien de raad positief besluit over punt II onderdeel 1 onderstaande werkzaamheden tot het niveau van uitvoering te brengen:
a) Invoeren van een 30 km/uur regime (omgeving Simon Stevinweg);
b)  Herinrichting Noorderweg, met het doorvoeren van éénrichtingsverkeer op de Noorderweg (gedeelte vanaf de Larenseweg in de richting van/tot en met de Simon Stevinweg);
c)  Aanleg fietsrotonde op de kruising Schoolstraat – Koninginneweg;
d)  Aanbrengen van een drietal 30km per uur plateau’s ter plaatse van:
•    Kruising Snelliuslaan – Stieltjeslaan
•    Snelliuslaan – Snelliuslaan
•    Snelliuslaan (nabij de school)
e) Optimalisatie/veilige speelplek ter plaatse van het plantsoen, dat aan de Snelliuslaan is gelegen.
Hier de bewoners van de diverse straten rondom de Kleine Spoorbomen bij te betrekken volgens het traject van participatie. Dit met de kanttekening, dat de schetsen uit het advies van de Werkgroep d.d. 28 juli 2021 leidend zijn;
IV. Te onderzoeken, of en op welke manier, de overige punten uit het ‘Advies van de Werkgroep Kleine Spoorbomen, Maatregelen in de wijk’, een plek kunnen krijgen in de Uitvoeringsagenda van de Mobiliteitsvisie, en/of ingebracht kunnen worden bij ProRail;
V. Het voorstel ter advisering aan de raad aan te melden voor behandeling in de raadscommissie.

Naar aanleiding van het besluit Kleine Spoorbomen KL29 “Overweg dicht voor autoverkeer” d.d. 6 mei 2020 is ook besloten in te zetten op een verbetering van de doorstroming van gemotoriseerd verkeer op de Johannes Geradtsweg. Er is voorgesteld om het opstelvak vanaf de Johannes Geradtsweg rechtsaf naar het Media Park te verlengen en een fietsbrug te realiseren. In de periode volgend op het raadsbesluit is samen met de bewoners van de Johannes Geradtsweg en een onafhankelijk verkeerskundige van bureau Verkeersatelier onderzocht welke oplossingen er zijn voor de verkeershinder en leefbaarheid langs de Johannes Geradtsweg en welke mogelijkheden er nog meer zijn om de doorstroming van het verkeer te verbeteren. Er zijn verschillende oplossingen verder uitgewerkt en er is een proef met het doseren van het verkeer uitgevoerd. Dit heeft geleid tot een memo met conclusies en aanbevelingen van de onafhankelijk verkeerskundige. Het voorstel is om opvolging te geven aan de maatregelen die in dat memo voorgesteld worden. De memo maakt integraal onderdeel uit van dit voorstel (zie bijlage 1).
Met de maatregelen opgenomen in dit voorstel wordt tevens ingegaan op motie M20-31 en is deze afgedaan.

Parallel aan dit voorstel wordt een raadsvoorstel voor Kleine Spoorbomen (‘maatregelen in de wijk’) ingebracht.

1. Met de budget neutrale maatregelen “doseren van het verkeer vanaf het dr. Den Uylplein” en “doseren van het verkeer komende vanaf de Sumatralaan (Media Park) en de Insulindelaan” op de korte termijn in te zetten op:
a. een verbetering van de doorstroming van gemotoriseerd verkeer op de Johannes Geradtsweg;
b. een verbetering van de leefbaarheid langs de Johannes Geradtsweg en in de wijken aan de noordzijde van deze weg.
2. De maatregelen “verlengen van de rechtsaffer richting Media Park in combinatie met een fietsbrug” en “voor het Den Uylplein het verlengen van het linksafvak richting de N525” (het verlengen van opstelvakken voor verkeer) als terugvaloptie in te zetten, wanneer in het eerste kwartaal van 2022 blijkt dat het doseren van het verkeer (punt 1.) geen oplossing biedt.
3. Het voorstel ter advisering aan het college aan te melden voor behandeling in de raadscommissie

Historische Kring Albertus Perk heeft als belanghebbende een verzoek gedaan om Kleine Drift 63 (Rehobothkerk) te beschermen als gemeentelijk monument. Het verzoek is kort onderbouwd. Naast cultuurhistorische waarden noemt Albertus Perk de architectuurhistorische waarde, de zeldzaamheidswaarde en de ensemblewaarde.

Een verzoek van derden-belanghebbenden wordt door het college in behandeling genomen ingevolge de Monumentenverordening Hilversum 2016 zodat de waarden en belangen onderzocht kunnen worden en een afweging kan worden gemaakt. Het college stuurt zo spoedig mogelijk na het voornemen-besluit om een pand als monument aan te wijzen de kennisgeving aan de eigenaar. Het college neemt nu geen besluit over de bescherming maar creëert een procedure die voorziet in een objectieve waardenstelling en belangeninventarisatie. Ingevolge artikel 2 van de Monumentenverordening Hilversum 2016 vraagt het college met het besluit tot voornemen tevens advies aan de Commissie voor Welstand en Monumenten. De commissie adviseert over de beschermenswaardigheid van het pand en stelt bij positief advies de waardenstelling op (waarom is het pand van belang). Daarmee ontstaat de mogelijkheid een waardenstelling te doen en een integrale afweging van alle belangen te maken ten behoeve van het besluit.
Met het voornemen-besluit valt het pand onder de werking van de Monumentenverordening Hilversum 2016. De verordening is daardoor van toepassing op het pand, zodat het waarden- en belangenonderzoek plaats kan vinden zonder dat het (eventuele) monument onevenredig wordt aangetast of gesloopt. Er is geen concrete aanleiding bekend dat het pand wordt bedreigd.

1. Besluiten tot het voornemen Kleine Drift 63 aan te wijzen als gemeentelijk monument.
2. De eigenaar van Kleine Drift 63 door middel van bijgaande kennisgeving op de hoogte te stellen van dit besluit.
3. De verzoeker te informeren over dit besluit door middel van bijgevoegde collegebrief.

Met de stijging van de vaccinatiegraad lijkt na anderhalf jaar langzaam het einde van de coronacrisis in zicht te komen. Waar we voorheen bezig waren met het bestrijden van de directe gevolgen van de crisis, kunnen we nu vooruitkijken naar de toekomst. Dit vraagt om een andere rol van de overheid: van beheersen van de crisis naar samenwerken aan herstel. De Corona Herstelagenda (oktober 2021 – oktober 2022) heeft het doel om samen met onze partners in de stad het sociaaleconomisch herstel in de Hilversumse samenleving te bevorderen. Daarmee is de herstelagenda gericht op een breed herstel over meerdere sectoren die door de crisis zijn geraakt. Met deze Corona Herstelagenda richten we ons op het komende jaar, met de intentie om ook de basis te leggen voor een gezond Hilversum in de jaren daarna.

I. De raad voor te stellen om:

1. De Corona Herstelagenda (oktober 2021 - oktober 2022) vast te stellen;
2. Een reserve Corona Herstelagenda in te stellen conform de memo 'Reserve Corona Herstelagenda’;
3. De reserve Corona Herstelagenda te vullen door een onttrekking aan de algemene reserve van € 1,6 miljoen en daartoe de begroting 2021 te wijzigen;
   3a. De reserve Corona Herstelagenda te onttrekken voor de totale hoogte van de voorgestelde maatregelen voor een bedrag van €1.570.000 en daartoe de begroting 2021 te wijzigen;
4. Het college mandaat te verlenen om binnen het doel en het saldo van de bestemmingsreserve Corona Herstelagenda onttrekkingen te doen op basis van de werkelijk gemaakte kosten, maar niet meer dan de begrote onttrekking.

II. Het raadsvoorstel ter advisering aan de raad aan te melden voor de raadscommissie.